8. Op welke manier bepaalt de bank de woonlasten?
Minister Blok heeft natuurlijk wel invloed op de woonlasten onder andere door middel van de verhuurdersheffing die huurverhogend werkt, maar dit steekt schril af bij de gevolgen van de acties van de banken op de woningmarkt.
In de eerste plaats is daar de hypotheekverstrekking. De hypotheekgever (huiseigenaar) koopt een huis en geeft dit als onderpand aan de bank.

In het licht van de geldschepping is het vreemd dat de bank onderpand eist voor geld dat de bank nooit in eigendom heeft gehad en slechts heeft geschapen op het moment dat de huiseigenaar een lening vroeg. Toch wordt het huis geveild wanneer de huiseigenaar niet meer de rente en aflossing over de hoofdsom kan betalen. De bank ontvangt dan minder dan de uitgeleende som en krijgt geen rente meer. Echter na 25 jaar van 4% rente betaling heeft de huiseigenaar aan rente al de oorspronkelijke waarde van de lening betaald aan de bank. Opnieuw over geld dat de bank helemaal nooit in bezit gehad heeft!

Voor huurwoningen zijn de rentebetalingen van de investeerder/huiseigenaar ook een huurprijsverhogende factor.
Er komt echter nog iets bij. Banken hebben door hun zucht naar meer winst massaal burgers aan hypothecaire leningen geholpen voor de aanschaf van hun woningen. Hierdoor ontstond er een stijgende vraag naar huizen op een woningmarkt die al sinds de tweede wereldoorlog overspannen is door woningnood. Huizen stegen daardoor krankzinnig in prijs. De hypothecaire leningen stegen in hetzelfde waanzinnige tempo mee. Met als gevolg dat tegenwoordig huiseigenaren met enorme schulden zitten op huizen die in waarde zijn gekelderd. Door de stijging van de huizenprijzen werden de huren ook hoger. Tussen 1993 en 2008 zijn de prijzen vier maal zo hoog geworden terwijl de salarissen in dezelfde periode slechts verdubbelden.

Overige hoofdstukken